Als leidinggevende van afdelingen in de gezondheidszorg heb ik te maken gehad met vele verschillende conflicten. Met iemand samen, tussen twee medewerkers of een conflict tussen een arts en een verpleegkundige, waarbij mijn rol vooral bemiddelen was. Een van deze conflicten is mij bijgebleven.

Van kwaad tot erger

Na een aantal jaren ervaring als zorgverlener, pakte ik mijn kans om leidinggevende te worden van een afdeling. Tijdens mijn eerste kennismaking met drie collega’s uit één van de teams werd mij al duidelijk gezegd “we vertrouwen je niet, niks persoonlijks, maar gewoon ervaring uit het verleden”. Na doorgepraat te hebben over deze opmerking voelde ik aan alle kanten aan dat ik degene was die mijzelf moest gaan bewijzen en dat dit waarschijnlijk nog heel erg lastig ging worden. Dit ging heel erg in tegen mijn eigen principe, dat ik een basisvertrouwen heb in mensen, totdat het tegendeel bewezen wordt.

In de loop van de tijd is één van die drie collega’s mij gaan opvallen, vanwege zijn principiële houding t.o.v. de organisatie. Ruimte voor veranderingen was er niet, onderbouwd afwijken van regels en afspraken kwam bij hem niet voor. Regel is regel en afspraak is afspraak.

Als leidinggevende hanteer ik ook regels en afspraken, daar waar het nodig is. Ik ben van mening dat hier in goed overleg van kan worden afgeweken en hier ontstond de verdere strijd over principes en uitzonderingen op de regels.

Er ontstond een situatie waarin ik de beslisser was en hij (in mijn ogen) de dwarsligger. Beiden met onze eigen waarden, principes en opvattingen en iedere situatie werd er één met streven naar winst en verlies. Door mijn hiërarchische positie was ik steeds de winnaar, maar het voelde niet zo. Het gevolg was dat er steeds meer wantrouwen naar mij toe ontstond en de situaties steeds vervelender en zelfs agressiever van zijn kant uit werden. Hij zocht mij te pas en te onpas op om zijn grieven aan te geven over alles en nog wat en ik zocht hem alleen op voor zakelijke onderwerpen. Eigenlijk probeerde ik hem zoveel mogelijk te mijden.

Uiteindelijk gaf hij aan zich ziek te melden als ik een bepaalde beslissing toch door zou zetten en dit gebeurde. Omdat ik dit niet accepteerde werd hij direct opgeroepen bij de Arboarts. Die concludeerde dat deze collega niet ziek was (winst voor mij), maar dat er sprake was van een arbeidsconflict. Een bemiddelaar werd geadviseerd.

Mediationtraject

Er is contact gezocht met een mediator, die ons gezamenlijk uitnodigde voor een gesprek. Voorafgaand aan het eerste gesprek was ik van mening dat hij fout zat, hij had een probleem en hij had iets op te lossen in onze samenwerking, zo niet dan zou ik gaan proberen om afscheid van hem te gaan nemen.

In het eerste gesprek nam de mediator de ruimte om hem te laten vertellen wat zijn beleving van de situatie was. Volgens hem lag alles aan mij en op een gegeven moment vroeg ik mij echt af of wij nu een functioneringsgesprek van mijzelf aan het doen waren. Nadat hij zijn verhaal had gedaan stelde de mediator hem een aantal vragen. Tot mijn verbazing geen vragen over alles wat ik  volgens hem fout deed, maar vragen over de achtergrond van zijn grieven, over hoe hij een ideale samenwerking tussen ons voor zich ziet, over zijn eigen rol als medewerker en over de zaken die hij echt van belang vond. Dit soort vragen kreeg ik ook nadat ik mijn kant van het verhaal had verteld. De mediator nam een aantal duidelijke standpunten in. Hij moest accepteren dat ik zijn leidinggevende was en ik moest mijzelf meer bewust zijn van mijn voorbeeldfunctie.

In deze gesprekken hoorde ik voor het eerst waar zijn behoeftes lagen, hoe hij aankeek tegen de situatie en waarom hij zo handelde zoals hij deed. Ik merkte dat hierdoor iets bij mijzelf gebeurde. Ik kreeg sympathie voor hem en de behoefte om door te vragen naar zijn persoonlijke opvattingen. Ik ging hem begrijpen en ik ging mij steeds meer beseffen dat ook ik een rol in het conflict had. Het ging niet meer over waarom ik bepaalde beslissingen nam, dat ik alleen maar veranderingen wilde en nooit communiceerde en het ging niet meer over dat hij zich had ziekgemeld en welke oude koeien hij uit de sloot haalde. Wij konden nu afspraken maken over het vervolg van de samenwerking en over hoe wij in het vervolg met elkaar zouden gaan communiceren.

Na afloop van dit traject zat mij nog één vraag dwars, namelijk hoe het zover heeft kunnen komen dat ik niet meer in staat was om zonder mediator een gesprek te voeren en achter de behoeftes en belangen van bepaald gedrag te komen.

 

 

1 Response